Vanochtend hebben Sandra en ik een lange, heel lange wandeling gemaakt door de Oostvaardersplassen. Na 3 uur was het mooi geweest en wilden we huiswaarts. We zagen veel mensen staan bij de kudde Konikpaarden. Zullen we?? Ja, nog even dan…
De boswachter stapte tegelijk met ons uit de auto. Hij vertelde dat er een veulen was geboren en dat ie even moest kijken of alles goed was. Of we mee mochten lopen vroeg ik. “Tuurlijk””was het antwoord.
Dus daar ga je, langs de kudde van ongeveer 80 wilde paarden. Nu was ik vroeger doodsbang voor paarden, toen bang, en nu heb ik gewoon ontzag voor ze. Maar de boswachter vertelde ons waar we op moesten letten. En dan sta je oog in oog met een schattig, lief, klein veulentje….
Ondertussen vertelde de boswachter alles over de rangvolgorde in de kudde, over subgroepjes en hengstengedrag, hoe het jong zich moest gedragen, hoe moeder het veulen afschermde en vaders er achteraan liep, alles in de gaten houdend. Wat een mooie ervaring, vooral met de uitleg.
ondertussen leek het veulen zich af te vragen wat ik in hemelsnaam moest voorstellen. Het was een heel bijzondere ervaring en de volgende keer stap ik zonder angst op de paarden af.
Moeder, net bevallen, moest alweer hitsige mannetjes van zich af bijten, want na 11 dagen kan ze alweer gedekt worden. Wat een leven…zucht….