Tags
Úlfljótsvatn, bezoekerscentrum, chocoladetaart, Euraziatische continent, IJsland, japanners, kerkje, meer, Noord-Amerikaanse continent, Pingvellir, Reykjavik
Het was alweer de laatste dag van de -veel te korte- reis naar IJsland. Terwijl het in Nederland ijskoud was ( de “Siberische Beer” hield ons kikkerlandje in zijn greep) hadden wij zonovergoten dagen en bleef het thermo-ondergoed in de koffer.
De reis ging deze dag naar het Nationaal park Þingvellir . Het ligt 50 km vanaf Reykjavik en tijdens onze vorige IJsland-trip was ik er op slag verliefd op. Wat een fantastische omgeving. Jon stopte steeds, waar het veilig was, om ons de gelegenheid te geven foto’s te maken. En dat deden we dan ook weer volop!(Japanners stoppen bij voorkeur midden op de weg wat heel gevaarlijke situaties oplevert)
We reden rond het prachtige meer en hebben zoveel moois gezien. IJsland is toch echt een heel bijzonder land en heeft mijn hart gestolen. We hebben genoten van de paardjes, de geweldige natuur en vooral de schoonheid hiervan. De ruimte, de stilte, het licht…zo bijzonder…
Bij het Pingvallavatn ligt het Úlfljótsvatn. De ligging van dit kerkje is zo mooi, zo uniek. Ik kon niet ophouden met kijken, wat een plaatje.
Bij het bezoekerscentrum van Þingvellir hebben we onze buik gevuld met chocoladetaart. Jeetje, wat een heerlijkheid!!! aanrader als je daar bent!!!
En zo kan ik blijven vertellen over hoe mooi, leuk, prachtig maar ik was wel verbaasd dat toeristen ( in dit geval Nederlanders) gewoon over de hekken gaan, ondanks de waarschuwingsborden om die éne foto te maken. Gebruik toch je verstand denk ik dan.
In de kloof tussen het Euraziatische continent en het Amerikaanse continent liepen mensen te wandelen, prachtig om te zien. Hoe nietig ben je in dit landschap.
Al met al was het een fantastische trip en ik ben bang dat het niet de laatste keer IJsland was voor mij …